Leo von Caprivi
Georg Leo Graf von Caprivi de Caprara de Montecuccoli (Berlijn-Charlottenburg, 24 februari 1831 - Skyren (Brandenburg), 6 februari 1899) was een Pruisisch militair en staatsman. Hij was van 1890 tot 1894 als opvolger van Otto von Bismarck rijkskanselier.
Caprivi ging in 1849 het leger in en nam deel aan de Oostenrijks-Pruisische Oorlog van 1866 en de Frans-Duitse Oorlog van 1870. Van 1883 tot 1888 was hij hoofd van de Keizerlijke Admiraliteit en toonde daar zijn leiderskwaliteiten. In 1890 werd hij - zonder enige politieke voorbereiding - bij het ontslag van Bismarck door keizer Wilhelm II als nieuwe kanselier en premier van Pruisen aangesteld. De keizer verkoos een politiek onervaren premier omdat hij zelf de leiding wilde voeren.
De Nieuwe Koers van deze regering uitte zich onder meer in het niet verlengen van het Herverzekeringsverdrag met Rusland, dat te ingewikkeld werd bevonden. Hierdoor kon Frankrijk zich uit zijn isolement bevrijden en startte de Frans-Russische militaire samenwerking.
Caprivi verzoende zich met de sociaaldemocraten en voerde een pro-Brits buitenlandbeleid. In het Zanzibarverdrag van 1 juli 1890 ruilde Duitsland Zanzibar met de Britten voor Helgoland. Hiermee maakte Caprivi zich ongeliefd bij de kolonialisten en met zijn vrijhandelspolitiek (verlaging van invoerrechten op landbouwproducten, handelsovereenkomsten met diverse landen) vervreemdde hij zich van de conservatieve grootgrondbezitters. Wel lukte het hem de Britten de zogenaamde Caprivistrook aan Duits-Zuidwest-Afrika te doen toekomen om die kolonie een verbinding met de Zambezi te verschaffen.
Caprivi leed in 1892 zijn eerste grote politieke nederlaag toen de schoolwet-Zedlitz die hij wilde doorvoeren werd afgewezen. Hij trad af als premier van Pruisen en werd vervangen door Botho zu Eulenburg. Deze onhoudbare scheiding van macht tussen kanselier en premier leidde op 26 oktober 1894 tot beider ontslag en vervanging door Chlodwig zu Hohenlohe-Schillingsfürst.
Militaire loopbaan
[bewerken | brontekst bewerken]Pruisische Leger: 1849
- Leutnant: 19 september 1850
- Oberleutnant: 31 mei 1859
- Hauptmann: 1861
- Major: 1866
- Oberstleutnant: 1870[1][2]
- Oberst: 1872
- Generalmajor: 1877
- Generalleutnant: 1882
- General der Infanterie: 14 april 1888[3]
Pruisische Marine
- Vizeadmiral: 1883[1][2][3][4]
Onderscheidingen
[bewerken | brontekst bewerken]- Pour le Mérite[3] op 18 januari 1871[5]
- Orde van de Zwarte Adelaar (Pruisen)
- IJzeren Kruis, 2e klasse[3]
- Orde van de Aankondiging
- Graaf: 18 december 1891
- ↑ a b https://www.preussenchronik.de/person_jsp/key=person_georg+leo+graf+von_caprivi.html. Gearchiveerd op 9 september 2023.
- ↑ a b https://www.deutsche-biographie.de/pnd11851900X.html. Gearchiveerd op 28 mei 2023.
- ↑ a b c d https://web.archive.org/web/20160304195047/http://prussianmachine.com/prussia/caprivi.htm
- ↑ http://www.dhm.de/lemo/biografie/biografie-leo-von-caprivi.html
- ↑ (en) Orden Pour le Mérite: Recipients from 1913 to 1913, List of Members Inducted in 1871. Gezien op 5 augustus 2017.
Voorganger: Albrecht von Stosch |
Hoofd van de Keizerlijke Admiraliteit Regering-Bismarck 1883-1888 |
Opvolger: Karl Eduard Heusner (Secretaris-generaal van Marine) |
Voorganger: Otto von Bismarck |
Minister-president van Pruisen 1890-1892 |
Opvolger: Botho zu Eulenburg |
Voorganger: Herbert von Bismarck (a.i.) |
Minister van Buitenlandse Zaken van Pruisen 1890-1894 |
Opvolger: Adolf Hermann Marschall von Bieberstein |
Voorganger: Otto von Bismarck |
Rijkskanselier Regering-Caprivi 1890-1894 |
Opvolger: Chlodwig zu Hohenlohe-Schillingsfürst |